Jean
heeft gisterenavond opnieuw getoverd. Met twee dozen "callos"
(dus tripes de Caen!, enkele tomaten, knoflook, peper, zout en pasta
prepareerde hij ons avondeten. De fles "Vino blanco" die ik in
Leon aankocht en een hele dag meesleurde, smaakte er overheerlijk bij.
De nachtrust, in oude bedden maar met nieuwe matrassen, heeft ons deugd
gedaan na de slapeloze nacht in Leon. We sliepen tot 6.30 uur en dat is
laat voor een pelgrim. Maar we konden het ons veroorloven. Een korte
etappe van 23 km vandaag, vrij gemakkelijk terrein. Alhoewel het hier
rap té heet wordt. We vertrokken om 7.00 uur bij een temperatuur van 16
graden. Elk uur steeg deze met 5 graden. Om 11.00 uur is het reeds meer
dan 30 graden.
In zo´n hitte wandelen is een beetje "fada" zoals Jean ons
uitlegt. " Un fada" of "être fada" ! ´t Trekt een
beetje op de dorpsgek zijn, maar dan niet zo extreem als bij ons. ´t Is
iemand die trager denkt en trager reageert en handelt dan de gewone
mens.
Zo vertelde Roland enkele dagen geleden een mop over een Zwitser. Bij
ons te vergelijken met een Limburger.
"Die Zwitser of Limburger was op wandel en kwam een slak op zijn
weg tegen. Hij bukte zich,...maar...zooeeefff... voor hij die slak kon
oprapen was ze weg."
Maar
zo traag zijn wij niet. Eénmaal voor Hospital de Orbiga (na 7 km)
verandert het landschap snel en zien we aan de horizon het gebergte
verschijnen waar we de volgende dagen door moeten. De meseta ligt
ongeveer op een hoogte van 800-900 meter. Straks klimmen we tot boven de
1500 meter. Niet alleen Jean heef schrik. Ook ik. De beklimming is
steil, de afdaling is een ware marteling voor voeten en knieën. Maar
éénmaal deze bergen over, daalt de weg, in voor ons 7 dagen, tot op
200 meter. Ons einddoel, de kathedraal van Santiago. Het eindpunt van
onze camino ? Op de Duitse wandelgids van Hans staat te lezen "Der
Weg is das Ziel".
Om 13.30 uur komen we, via de oude stadswallen, in Astorga aan. De
herberg is een oud schoolgebouw van de "Padres Hollandeses".
Meer dan 200 pelgrims kan men er hier instouwen. En hoe dichter we
Compostela naderen, des te meer pelgrims komen de "anciens"
vergezellen. Velen begonnen hun tocht in Leon. Een tocht vanuit deze
stad naar Santiago de Compostela is 300 km lang en geeft ook recht tot
het bekomen van de begeerde "Compostellanum". Maar na meer dan
2000 km denk ik fier te mogen zijn dit document te kunnen ontvangen.
Alhoewel...´t is maar een papier. De echte voldoening draag ik mee in
mijn hart, en dit kan met geen woorden beschreven worden.
Ik schrijf deze woorden op een terras van de Plaza Major. Het is
feestdag. Ook hier zitten de fiere en mooi uitgedoste communicantjes met
hun familie en vrienden te genieten van een heerlijke zonnedag. Ze zijn
samen, in groep en hebben plezier. Aan enkele tafeltjes zie je een
eenzame pelgrim zitten. Je herkent ze direct. We zijn iets bruiner of
roder, zien er moe uit, dragen dezelfde klederen als weken geleden,
drinken steevast uit een groot glas en schrijven veelal hun dagboek.
Straks als de Spanjaarden, na hun siësta, om 21.00 uur als het iets
koeler is, met massa´s de kleine straatjes en rustieke terrasjes
overspoelen, dan kruipt diezelfde pelgrim in zijn slaapzak. Morgen staan
er harde kilometers op het menu. De bergen wachten lachend.
Frank |